‘Industry Resource Platform maakt tussenvoorraden overbodig en local for local mogelijk’

0

‘Uitgedaagd door klanten’ is Pulse Business Solutions in 2018 begonnen met het ontwikkelen van het Industry Resource Platform (IRP). En nu is het moment daar om het in de Nederlandse markt van middenbedrijven te zetten. Deze markt is door de coronacrisis versneld gerijpt voor een platform dat ketenpartijen realtime inzicht geeft in de status van orders en de beschikbare capaciteit. Dure tussenvoorraden zijn dan niet langer nodig en er kan local for local worden uitbesteed.

Pulse wil met nieuw informatieplatform communicatie tussen ketenpartners automatiseren

‘Voorheen’, beargumenteert managing director Ton Hagens in de grote vergaderruimte in het Pulse-hoofdkantoor in Venlo, ‘besteedde industriële oem’ers gemiddeld zo’n 20 tot 40 procent van de omzet uit, de rest deden ze in eigen huis. Maar door de toegenomen complexiteit, steeds kleinere series en verkorting van de time-to-market is dit de laatste jaren aan het kantelen. Nu zijn er steeds meer bedrijven die 70 à 80 procent willen uitbesteden om zich helemaal te kunnen concentreren op het ontwikkelen van hun technologische core. De coronacrisis heeft die trend versneld.’

 Kwetsbare ketens

‘Die crisis’, vervolgt development team leader John Wijnen, even verderop aan de grote, ovalen tafel, ‘heeft de kwetsbaarheid van globale toeleverketens zichtbaar gemaakt. Het businessmodel was in feite: inkopen in lagelonenlanden in Azië en daarmee in Nederland een voorraad aanleggen om voldoende snel te kunnen reageren op vragen van de klant. Uit de lage inkoopprijs konden dan de opslagkosten gefinancierd worden. Maar de crisis heeft duidelijk gemaakt dat je laten beleveren over lange afstanden grote problemen met zich kan brengen. Het IRP, het “next-level ERP”, biedt daar een oplossing voor.’

Tússen bedrijven

IRP moet als informatieplatform de brug slaan tussen de ERP-systemen van de verschillende ketenpartners, legt Hagens uit. ‘Vrijwel elk industrieel middenbedrijf – de doelgroep waar we ons nu op richten – heeft zijn ERP goed geautomatiseerd. Bijna de helft van de Pulse-klanten heeft Microsoft Dynamics 365, in de cloud met alle updatevoordelen van dien; de rest zit nog op de onprem-variant van Microsoft. De communicatie over orders, planningen, facturatie, verzendingen, wijzigingen et cetera is bínnen bedrijven dus vrijwel overal goed voor elkaar. Tússen bedrijven echter is dat nog helemaal niet het geval.’

Communicatiefouten

‘Tussen ketenpartners wordt nog heel veel over orders gebeld en gemaild en wordt informatie uit het ene ERP-systeem overgetypt in het andere’, vervolgt hij. ‘Zo ontstaan veel communicatiefouten en ontbreekt realtime inzicht in de status van een order of in de beschikbare capaciteit bij een leverancier en zijn wijzigingen ook niet eenvoudig door te voeren. Dat zorgt voor vertraging en die maakt het aanhouden van dure tussenvoorraden noodzakelijk. IRP biedt het realtime inzicht en de versnelling waarmee tussenvoorraden overbodig worden. Dat maakt just-in-time uitleveren mogelijk zonder het aanhouden van buffers, gebruikmakend van Europese leveranciers. Local for local dus, met een kleinere carbon footprint.’

Voor en door de industrie

Het idee is, pakt Wijnen weer over, met IRP in de cloud een webgebaseerd platform te bieden waarop een API (application programming interface) draait. Op open standaarden gebaseerde software faciliteert automatische uitwisseling van informatie over orders tussen bijvoorbeeld SAP of Oracle-ERP van toeleveranciers en Dynamics 365 van de uitbesteders. ‘Wij gaan de komende tijd de meest evidente 90 procent van die koppelingen programmeren en die samen met de middenbedrijven uitontwikkelen en aanvullen. IRP wordt echt iets voor en door de industrie.’

‘IRP wordt echt iets voor en door de industrie’

Als Pulse de komende maanden met IRP de boer op gaat, hebben ze dus al behoorlijk wat denk- en ontwikkelwerk achter de rug. Zo maakte de Microsoft-partner vorig jaar al een ronde langs VNO NCW, dat bij uitstek middenbedrijf-oem’ers in zich verenigt. Hagens: ‘De kleine ondernemingen hebben veelal de schaal niet, terwijl de grote oem’ers hun ketenpartners verplichten gebruik te maken van hun portals. IRP is het meest geschikt voor het automatiseren van de communicatie in de ketens van middelgrote oem’ers.’

 Machtsbalans

In het gesprek komt de vergelijking met Booking.com ter tafel. Dat legt in feite ook een schil over de digitale boekingstools van individuele hotels om zo een machtspositie te verwerven. Hagens benadrukt: ‘IRP moet een community worden, eigendom van iedereen die erin participeert. Pulse wil niet meer dan technisch faciliteren. Want wij zijn een purpose-driven onderneming die met IRP een oplossing wil creëren die ook op de lange termijn de support heeft in de industrie. Zou dit platform de macht doen concentreren bij één partij, dan zou het geen lang leven beschoren zijn. Als bedrijven te weinig marge overhouden om te innoveren en concurrerend te blijven, overleven wij ook niet. In onze industriële wereld moet je elkaar iets gunnen.’ Hagens kan zich in dat kader voorstellen dat een IRP-raad van toezicht de machtsbalans binnen de IRP-community bewaakt.

Behoefte centraal

In die community zou ook de Smart Industry-organisatie een plek kunnen krijgen, een van de andere partijen die vorig jaar het IRP-concept is voorgelegd. ‘Die waren onder de indruk en opperden het onder te brengen in een fieldlab voor ontwikkeling van de benodigde communicatiestandaarden’, schetst Hagens. Hij is bekend met het SCSN-format, ontwikkeld binnen het fieldlab Smart Connected Supplier Network, dat nu de basis vormt van het eind vorig jaar gelanceerde supplier-platform van Trivest Connect. ‘Wij zijn bewust niet aan de slag gegaan met het ontwikkelen van een standaardformat, maar stellen de behoefte in de markt centraal en ontwikkelen aan de hand daarvan de standaard.’

Organisatorische veranderingen

Hoe de markt IRP ontvangt, moet de komende maanden blijken. Zoals elk softwaresysteem zal ook IRP organisatorische veranderingen vergen. Moeten de Pulse-mensen dus rekening houden met enige weerstand? Wijnen: ‘ERP heeft ook andere manieren van werken gevraagd en die zijn er ook gekomen. Als mensen de voordelen van deze manier van samenwerken met ketenpartners zien, zullen ze die snel omarmen. Daarom komen er ook allerlei handige communicatietools in IRP: als een zending bijvoorbeeld beschadigd binnenkomt, is een foto van de schade in een handomdraai in het IRP te uploaden.’

IRP wordt nu eerst uitgerold binnen de Nederlandse industrie met haar grote aantal middenbedrijven. Wordt het een succes, dan gaan ook andere bedrijven in de Fellowmind Company, waarvan Pulse deel uitmaakt, het platform in hun werkgebied onder de aandacht brengen.

Blijf op de hoogte van nieuws uit de industrie, Lees Link magazine digitaal of vraag een exemplaar aan info@linkmagazine.nl

Profiel Pulse

Pulse maakt sinds twee jaar deel uit van de Scandinavisch-Duitse Fellowmind Company waarin zeven IT-implementatiepartners zijn opgenomen, actief in Noordwest-Europa. Pulse legt zich toe op de implementatie van Microsoft Dynamics 365, zowel het backoffice- als frontofficedeel, en Modern Workplace, waar Office 365 onderdeel van is. Voorts bieden de IT-specialisten Power BI (voor het genereren van rapportages & dashboards) en het Power Platform, een low-code applicatie van Microsoft waarmee eenvoudig additionele functionaliteit gecreëerd kan worden naast het ERP-domein. Daarbij kan binnenkort, voor het opstellen van bijvoorbeeld market forecasts, ook gebruik worden gemaakt van de kunstmatige intelligentie die deel uitmaakt van Azure Machine Learning van Microsoft.

Pulse levert alleen nog cloudgebaseerde software, voortvloeiend uit de cloudstrategie die Microsoft in 2016 heeft ingezet. De data van Nederlandse klanten staat op servers in datacenters in Nederland. Die zijn niet onderworpen aan de Amerikaanse CLOUD Act en daar beter beschermd tegen cybercriminaliteit dan achter bedrijfseigen firewalls, zo verzekeren de twee Pulse-managers.

Share.

Reageer

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Geverifieerd door ExactMetrics